Sunset paradise
Ik schrijf dit verhaal op onze laatste dag in Nicaragua. De tijd is hier echt voorbij gevlogen. Nicaragua heeft ons hart gestolen en het is jammer dat we het land weer verlaten, maar we gaan nog niet naar huis. Eerst naar Belize 🙂
Voordat ik jullie verveel met foto’s van hagelwitte stranden en kristal helder water hierbij eerst nog even onze laatste avonturen in Nicaragua.
Life in Leon
Na Granada vertrokken we naar Leon, een stad op zo’n 2,5 uur rijden van Granada. Volgens vele is Leon de kleinere versie van Granada. Aangezien we Granada super vonden beloofde dat veel goeds. Bij aankomst merkte wel direct dat er van die uitspraak niet veel klopt.
Ten eerste is Leon een stuk groter, ten tweede een stuk viezer en ten derde kan het qua gezelligheid niet tippen aan Granada. Dat klinkt slechter dan het is, want het is wel een leuke stad. Een studentenstad. Het mist alleen de gezellige straatjes die Granada heeft.
De niet-zo-witte kathedraal
Leon staat om 2 dingen bekend. De vulkanen rondom de stad en de witte Basilica Catedral de la Asuncion. Deze kathedraal is de favoriete verzamelplaats voor alle hippe Instagrammers zoals mijn enkels de favoriete verzamelplaats zijn voor muggen. Het dak van de kerk is namelijk spierwit. En eerlijk is eerlijk, de kathedraal is ook best fotogeniek.
Het enige jammere is dat het dak van de Basilica Catedral de la Asuncion niet zo heel wit meer is. De achterkant van de kerk was wel wit geverfd, en daarna was de verf op. Of de motivatie. Gezien het werktempo van de Nicas waarschijnlijk het laatste. Het dak was in ieder geval niet echt wit meer.
Dat kon de pret echter niet drukken want het was nog steeds erg mooi! Het dak heeft meerdere koepels en ondanks dat het dak meer ‘gebroken wit’ was (letterlijk) was het nog steeds een schitterende plek.
Met de zon recht boven ons en het 9010 gelakte dak werd ook wel meteen duidelijk dat mijn zonnebril van $3 niet bepaald lichtfilterend was. Ik heb een uur rondgelopen met gezicht alsof ik non-stop citroenen at.
Vulkanen & zonsondergangen
De volgende 2 dagen stond voor ons de Cerro Negro en de Telica vulkaan op het programma. Als je van vulkanen en van mooie zonsondergangen houdt, moet je zeker eens overwegen om naar Leon te gaan.
Volcano boarding op Cerro Negro
Als eerste stond de Cerro Negro op het programma. Cerro Negro is een van de jongste vulkanen van Nicaragua en met 675 meter geen hele grote jongen. De Cerro Negro is een zwarte kegelvormige berg. Cerro Negro betekent dan ook Zwarte Berg. Degene die die naam heeft bedacht heeft waarschijnlijk niet gestudeerd aan de ‘Universiteit van Creatieven Namen’
Het volcano boarden is wel iets dat je gedaan moet hebben in Leon. Het kost je $30, maar het is het waard. Samen met nog 4 gezellige Brabo’s (bedankt Danique, Liza, Robin en Koen), gewapend met ons 5 kilo zware ‘board’ en nog wat mensen vertrokken we voor de 45 minuten-durende hike naar de top die uiteindelijk 20 minuten duurde.
Op de top kregen we wat uitleg over hoe je naar beneden moest komen wat neerkwam op ‘niet je benen uitsteken, want dan breek je je enkels. Als je te hard gaat is het een kwestie van ‘uitrijden’ en hopen dat je niks breekt. Met die geruststellende woorden, gewapend in de gele overal, een duikbril en de GoPro in m’n mond geklemd was ik in 20 seconde weer beneden.
Het was een beetje zoals de eerste keer sex; je bent behoorlijk zenuwachtig, maar voordat je er lekker in zit is het weer voorbij 🙂
Brabantse gezelligheid
Na het volcano boarden wordt je beloond met een biertje en dat eindigde uiteindelijk in een avondje stappen met de Brabo’s. En dat was ‘kei gezellig’. Brabanders weten wel hoe ze een feestje moeten vieren. Uiteindelijk zijn we zelfs in een salsabar geëindigd.
Emma en ik hebben dus ook Salsa gedanst. Of in ieder geval een poging gewaagd. En een dansende Ties is net zo zeldzaam als pinguïns in de Sahara. Ik vind het natuurlijk inzettend jammer dat er geen foto’s van zijn dit bijzondere natuurverschijnsel, maar anders had ik ze er zeker opgezet… uhum.
Op naar de kater van Telica
De volgende dag stond om 14:00 uur de Telica vulkaan op de planning. Tijd genoeg om uit te slapen dus. Het is daarom extra jammer dat mijn hersenen om 7:00 uur ’s ochtends de activiteit hebben van een Chiuaua aan de MDMA.
Emma besloot een dagje rust in de plannen en aangezien ik daar niet zo goed in ben ging ik samen met Koen richting de vulkaan waar je het lava hoort rommelen en de rook ook uit de krater komt zetten. De krater van de vulkaan is 600 meter groot en 125 meter diep. En er staat hier geen hekje of andere vorm van veiligheidsmaatregelen.
Je kan op het randje van de krater staan en 125 meter naar beneden kijken, wat natuurlijk niet heel erg veilig is, maar wel erg leuk.
Sunset paradise
Helaas was er geen lava te zien, maar de tour naar de top van de vulkaan draaide niet zozeer om het zien van lava, maar vooral om de zonsondergang. En die is hier bizar mooi. Op een of andere manier hebben zonsondergangen altijd iets magisch. Waar ter wereld je ook bent. Het langzaam zien verkleuren van de lucht blijft iets bijzonders.
In combinatie met het uitzicht (we stonden op iets meer dan 1.000 meter hoog) was het de tocht van kater naar krater meer dan waard.
Somoto Canyon
Die avond heb ik vooral zo weinig mogelijk gedaan aangezien de volgende dag een lange reis richting Esteli op de planning stond. We gingen op aanraden van Emma naar Esteli voor de Somoto Canyon.
Een van de nieuwste bezienswaardigheden in Nicaragua. De Somoto Canyon is, zoals de naam al doet vermoeden, een canyon in het noorden van het land. Je kunt de canyon bezoeken vanuit Esteli of Somoto en als we ons iets beter hadden voorbereid hadden we beter naar Somoto kunnen gaan in plaats van Esteli want Esteli is niet zo heel bijzonder/gewoon geen reet aan.
De langzaamste bussen op aarde
De volgende dag vertrokken we dus richting de canyon dat op 50 kilometer van Esteli ligt. Een korte rit zou je denken 🙂 maar in Nicaragua gaat niks zoals je denkt. De bus deed er 2,5 uur over. De chickenbus, zoals ze dat hier noemen, is niet alleen een bijzondere verschijning, ze zijn ook extreem langzaam. Fietsend ben je sneller (zonder gekheid).
De bus vertrok om 7:30 uur bij het busstation. Georganiseerd als wij zijn stonden we er om 7:15 uur. De bus stond er al dus hebben we hadden we de tijd om een zitplek uit te kiezen (je wil hier echt niet staan!). De chickenbus staat er om bekend dat ze overal stoppen. Het is zo bijzonder om mee te maken en voor ons, als efficiente Nederlanders, ondenkbaar dat het zo gaat.
Deze bus reed van het busstation in z’n achteruit de parkeerplek af, draaide rechtsaf de weg op, om 10 meter verder te stoppen (serieus) om mensen op te pikken. En zo gaat het 2,5 uur lang. Stoppen bij een bushalte om mensen uit en in te laten, 100 meter verder rijden om mensen op te pikken die te lui zijn om naar de bushalte te lopen. Tot op de dag van vandaag begrijp ik niet waarom die mensen niet 100 meter verder gaan staan bij de bushalte, wat de reistijd van de bus letterlijk zou halveren. Maar goed, dat zal een cultuur verschil zijn 🙂
Dan toch naar de Somoto Canyon
2,5 uur en heel wat doorligplekken later, kwamen we bij Somoto aan waar we de canyon verkende. We hebben een tour geboekt voor $25 p.p., maar je zou het makkelijk zelf kunnen doen. Het ‘voordeel’ van een tour boeken is dat je de lokale mensen steunt aangezien Henry, de eigenaar van de tours, alleen maar mensen uit het dorp in dienst heeft. Money well spend dus.
De canyon is wel heel erg leuk, ondanks dat het net zo droog is als je keel na de cinnamon challenge (Google maar eens). Je kunt er zwemmen, van rotsen springen, wandelen en gewoon om je heen kijken en van de natuur genieten. Het was de reis zeker waard.
Lang leve de Express Bus
Dezelfde dag om 15:15 uur ging de laatste Express Bus van Somoto terug naar Esteli en we hadden geen zin om nog een keer 2,5 uur lang overal te stoppen. Deze bus deed de naar Express eer aan want we waren binnen een uur in Esteli. De naam ‘Express’ kan ook afgeleid zijn van het feit dat de chauffeur express elk gat in de weg probeerde te raken want ondanks dat het een snelle bus was, was ie niet bepaald comfortabel. Maar alles beter dan 2,5 uur in een chickenbus 🙂
Bij aankomst bij het busstation in Esteli besloten we in ons beste Spaans gelijk te vragen naar de Express Bus richting Managua aangezien we vanaf daar naar Ometepe zouden reizen. Gelukkig sprak de medewerker van het busstation Engels, dat dachten we in ieder geval, en hij vertelde ons dat er een Express Bus naar Managua ging om 5:00 uur, 6:00 uur, 7:00 uur en 12:00 uur.
De eerste twee vonden we wel erg vroeg dus stonden wij de volgende dag om 6:30 uur op het busstation te wachten op de Express Bus van 7:00 uur. Die natuurlijk helemaal niet kwam 🙂 De beste man sprak wel Engels, maar zijn cijfers had ie nog niet helemaal op orde 🙂
Locked Up Abroad
Gelukkig ging er wel een Express Bus om 7:45 die precies om 8:00 vertrok. Onze buschauffeur leek zo uit een aflevering van Locked Up Abroad te komen gezien z’n gouden tanden, meer gouden ringen dan hersencellen en een riem met als logo een schorpioen op sterk water.
Ohja. hij droog ook nog een pistool… Je weet immers maar nooit. Maar 2,5 uur waren we wel in Managua, waar we direct de volgende Express Bus naar San Jorge namen om daar op de boot te stappen naar Moyogalpa in Isla Ometepe. Toevallig kwamen we op de ferry onze Brabantse vriend Koen weer tegen dus we hadden gelijk goed gezelschap.
Slow down op Isla Ometepe
In Isla Ometepe besloten we voor 3 dagen een schakelbrommer te huren. Er is op Isla Ometepe maar 1 verharde weg, op de andere wegen liggen wel stenen, maar die liggen twee meter uit elkaar, los en er ligt zo veel stof dat je na 10 minuten een soort personificatie bent van ‘50 Tinten Oranje‘ door al het stof. En echt heel sexy is dat niet.
Koen huurde ook een schakelbrommer ondanks het feit dat hij nog nooit op zo’n ding gereden had. Kei veel respect voor die jongen aangezien hij ook nog een brommer had waarvan de accu niet echt werkte wat er op neer kwam dat ik op Isla Ometepe 3 dagen lang de halve marathon heb gelopen om z’n brommer aan te duren. Maar.. het is goedkoper dan de taxi 🙂
Prachtige natuur op een schitterend eiland
In Isla Ometepe hebben we het tempo omlaag gegooid, in hoeverre dat nog kon, en hebben we 3 dagen rondgereden op de brommer en het eiland verkent. Het eiland staat bekend om de twee vulkanen, Maderas en Concepcion. Dat betekent dat je altijd en overal een schitterend uitzicht hebt. We zijn naar viewpoints geklommen, we hebben een waterval bezocht, zijn naar een natuurlijk zwembad geweest en hebben vooral lekker rondgereden. Ometepe heeft ons hart wel een beetje gestolen.
Het werd nog beter
We hadden op Ometepe een iets duurder hotel geboekt, met als laatste nacht een soort huisje dat uit keek op de vulkaan Concepcion. Het was flink duurder dan alle andere kamers in Nicaragua, maar het was het meer dan waard. We hebben die avond meer dan 150 foto’s gemaakt 🙂 Ik kan hier duizenden woorden aan besteden, maar het is makkelijker als ik gewoon de foto’s laat zien.. Ook al kost me dat hier een uur extra met de langzame WiFi 🙂
Morgen vertrekken we naar Belize waar we een aantal dagen blijven voordat we al weer naar huis vliegen. De tijd is echt voorbij gevlogen!